Iedere winter komt het moment waarop hij het zich weer afvraagt: “Zou het dit keer écht gaan sneeuwen?” En zoals altijd volgt dan datzelfde zuchtmoment – elk jaar weer pfff.
Hij checkt de weerapps, kijkt naar het wolkendek alsof hij er verstand van heeft, en haalt alvast zijn handschoenen uit de kast, voor het geval dat. De lucht ruikt een beetje kouder, de vogels zitten bol in de struiken, en ergens diep vanbinnen hoopt hij stiekem op dat magische witte tapijt. Maar ja… hoop doet leven, en Nederland doet meestal regen.
De eeuwige sneeuwverwachting die nooit uitkomt
Het begint altijd onschuldig. Een weerman zegt iets vaags als “de kans op winterse neerslag neemt toe” en direct gaat het los. Hij voelt het al kriebelen. Social media ontploft met berichten over mogelijke sneeuwstormen, terwijl hij nuchter probeert te blijven. Maar toch… even die winterbanden checken kan geen kwaad, toch?
De dagen daarna verandert die kleine kans op sneeuw in een nationale hype. Iedereen praat erover bij de koffieautomaat. “Ze zeggen dat het dit weekend écht gaat sneeuwen.” Hij knikt, glimlacht, maar diep vanbinnen weet hij het al. Het eindigt altijd hetzelfde: regen, smeltende troep en een teleurgesteld gezicht voor het raam. Elk jaar weer pfff.
De romantiek van sneeuw die nooit komt
Toch blijft er iets magisch aan dat moment voordat het misschien gaat sneeuwen. Hij ziet zichzelf al met een mok chocolademelk bij het raam, terwijl buiten dikke vlokken dwarrelen. De wereld wordt stil, auto’s verdwijnen onder een wit dek, en kinderen bouwen sneeuwpoppen met wortelneuzen. Het is een beeld dat in zijn hoofd al perfect is — alleen de sneeuw ontbreekt.
Zijn vrienden lachen erom. “Je gelooft het elk jaar weer, hè?” Ja, dat doet hij. Want ergens hoopt hij dat het dit keer anders is. Dat het universum hem eindelijk gunt om ’s ochtends wakker te worden en te zien dat alles wit is. Maar in plaats daarvan hoort hij het bekende getik van regen tegen het raam. Zucht. Elk jaar weer pfff.
Weerapps, voorspellingen en teleurstellingen
Zijn ochtendritueel in december is simpel: koffie, tandenpoetsen, en direct de weerapp openen. Hij heeft er drie, want ja, één app is nooit te vertrouwen. De eerste zegt “lichte sneeuwkans”, de tweede “alleen regen”, en de derde “mogelijk natte sneeuw”. Dat laatste klinkt altijd als de perfecte samenvatting van een Nederlandse winter – halfbakken.
Hij stuurt screenshots naar zijn vrienden met hoopvolle tekstjes als “het zou kunnen hoor!” en krijgt steevast terug: “Hou op man, dat zeiden ze vorig jaar ook.” En toch doet hij het weer. Elk jaar weer pfff.
De praktische kant van hoop op sneeuw
Zijn buurman strooit alvast zout, want “je weet maar nooit”. Hij zelf legt de slee alvast in de schuur klaar, al weet hij dat hij die waarschijnlijk weer terugzet zonder hem te gebruiken. Hij denkt aan die paar dagen in 2021 toen het écht sneeuwde — wat een feest was dat. Hij liep met rode wangen en koude vingers, maar zijn glimlach was breed.
Sindsdien leeft hij elk jaar in die herinnering. Eén week sneeuw in tien jaar, en tóch blijft hij hopen. Alsof het weer iets verschuldigd is. Maar nee, het lijkt wel of het klimaat zelf hem plaagt. Steeds net niet. Steeds dat frustrerende “misschien”. En dat gevoel van elk jaar weer pfff groeit met de dag.
De sociale media-sneeuwpaniek
Zodra iemand op Twitter of Facebook roept dat er sneeuw aankomt, breekt de paniek los. Supermarkten worden leeggehaald alsof er een sneeuwstorm van drie weken op komst is. Hij lacht erom, maar koopt stiekem ook alvast wat extra chocolademelk. Voor het geval dat.
Zijn tijdlijn vult zich met memes van mensen in mutsen, foto’s van lege wegen, en natuurlijk de eeuwige discussie: “Wordt het écht wit of blijft het bij natte troep?” En zelfs al weet hij het antwoord diep vanbinnen, hij doet mee. Want ergens hoort het bij de winter, dat speculeren. Elk jaar weer pfff, maar ook: elk jaar weer hoop.
Sneeuw, sentiment en zelfspot
Hij weet het eigenlijk wel: het gaat waarschijnlijk niet sneeuwen. Of als het al sneeuwt, blijft het maar vijf minuten liggen. Toch blijft het gesprek over sneeuw een soort collectieve traditie. Het hoort bij december zoals pepernoten bij november.
En eerlijk is eerlijk: hij geniet er ook wel een beetje van, van dat gezeur en gespeculeer. Het is iets om over te mopperen, iets om samen op te lachen. “Zullen we het dit jaar maar overslaan?” zegt hij lachend, terwijl hij nog even de radar checkt. Ja hoor — regen. Natuurlijk. Elk jaar weer pfff.
De charme van teleurstelling
Misschien is dat wel de echte charme van de Nederlandse winter: de jaarlijkse teleurstelling die bijna vertrouwd voelt. Hij moppert, zucht, lacht erom, maar hij weet dat hij volgend jaar precies hetzelfde doet.
Want stel je voor dat hij het dit keer niét zou volgen en het dan wél sneeuwt. Dat zou pas erg zijn. Dus blijft hij kijken, hopen, en zuchten. Sneeuw of geen sneeuw, één ding is zeker: het wordt weer een seizoen vol verwachtingen, voorspellingen en… elk jaar weer pfff.

